Wat betekent de besnijdenis in Jezus Christus?

De besnijdenis staat symbool voor het verbond tussen God en Zijn volk. In het Oude Verbond werd iedere jongen, die tot het volk van God behoorde, op de achtste dag besneden in de voorhuid van zijn vlees. Nu is het zo, dat het Oude Verbond verouderd en voorbij is. Want het Oude Verbond werd vervangen door het Nieuwe Verbond (Hebreeën 8:13). Dus de besnijdenis op de achtste dag hoeft niet meer. Maar toch hoort de besnijdenis ook thuis in het Nieuwe Verbond, namelijk de besnijdenis in Jezus Christus (Kolossenzen 2:11-12). Maar wat houdt deze besnijdenis in Jezus Christus in? Wat zegt de Bijbel over de besnijdenis?

De besnijdenis in het Oude Verbond

Dit is Mijn verbond, dat gij zult houden tussen Mij en u en uw nageslacht: dat bij u al wat mannelijk is besneden worden; gij zult het vlees van uw voorhuid laten besnijden en dat zal tot een teken van het verbond zijn tussen Mij en u. Wie acht dagen oud is, zal bij u besneden worden, al wat mannelijk is in uw geslachten: zowel wie in uw huis geboren is, als wie van enigen vreemdeling voor geld is gekocht, doch niet van uw nageslacht is. (Gen 17:10-12)

Zo zal Mijn verbond in uw vlees zijn tot een eeuwig verbond. En de onbesneden, de man namelijk, die het vlees van zijn voorhuid niet laat besnijden, die mens zal uitgeroeid worden uit zijn volksgenoten: hij heeft mijn verbond verbroken (Gen 17:13-14)

God had Zijn verbond met Abraham opgericht. Het teken van dit verbond was de besnijdenis van het vlees; de besnijdenis van de voorhuid. Iedere jongen, die tot het volk van God, tot Zijn gemeente, behoorde, moest op de achtste dag besneden worden.

Het verbond werd in stand gehouden door de besnijdenis

Het verbond van God werd in stand gehouden, door de besnijdenis. Door de besnijdenis werden zij apart gezet van de heidenen en behoorde tot God’s volk. Hierdoor zouden zij alle voorrechten krijgen van het Hebreeuwse burgerschap en de voorzieningen van God.

God zou Zijn volk beschermen en hen voorzien. En God’s volk zou zich houden aan Zijn geboden en inzettingen en leven naar Zijn wil. Dat waren de voorwaarden.

Slaven en vreemdelingen werden besneden in het vlees

Maar niet alleen de jongens, die uit het zaad van Abraham werden geboren, moesten besneden worden op de achtste dag. Ook de slaven (Gen 17:12,13) en de vreemdelingen (Ex 12:48). Dit gebeurde, zodat zij ook in het verbond werden opgenomen en gebruik konden maken van de privileges van het Joodse burgerschap.

Wanneer een jongen niet besneden werd, behoorde hij niet tot het volk van God en viel niet niet onder Zijn bescherming. Dit zien wij, toen Mozes met zijn vrouw en zoon onderweg waren en de Heere de zoon van Mozes probeerde te doden. Zodra de zoon van Mozes werd besneden, liet de Heere hem met rust.

Onderweg nu, in een nachtverblijf, kwam de Heere hem tegen en zocht hem te doden. Toen nam
Zippora een stenen mes, besneed de voorhuid van haar zoon, raakte daarmee zijn voeten aan en zeide: “voorzeker, gij zijt mij een bloedbruidegom. En Hij liet hem met rust. Bloedbruidegom, zeide zij toen, met het oog op de besnijdenis (Ex 4:24-25)

De besnijdenis verwaarloost

Er was een tijd, dat de besnijdenis door het volk van God werd verwaarloosd. Namelijk toen zij, gedurende 40 jaar, in de wildernis rondtrokken.

De mannen, die in de wildernis werden geboren, waren niet besneden. Maar in Gilgal gebood God Jozua, om alle mannen weer te besnijden (Jozua 5:2-9). Vanaf dat moment werd de besnijdenis weer uitgevoerd.

De besnijdenis symboliseerde reinheid

De besnijdenis was een teken van God’s verbond met Zijn volk en symboliseerde reinheid en heiligheid. Het betekende voor het volk, het afleggen van de zonde (ongehoorzaamheid aan God) en gehoorzaamheid aan God’s geboden.

Mijn wet zal Ik in hun binnenste gevenGod had Zijn wil bekend gemaakt, door Zijn volk de wet te geven. Deze wet bestond al, voordat deze op stenen tafelen werd geschreven en via Mozes aan Zijn volk werd gegeven.

Want deze wet houdt niets anders in, dan God’s wil te doen (lees ook ‘Het geheimenis van de wet’).

Door de besnijdenis werd iemand rein verklaard en behoorde tot God’s heilige volk. De besnijdenis was als het ware een lidmaatschap tot God’s volk; de gemeente van God (de kerk).

Geen onbesnede of onreine zal meer in u (Jeruzalem) komen (Jes 52:1)

En in haar (Jeruzalem) zal niet onreins binnenkomen, en niemand, die gruwel en leugen doet, maar alleen zij, die geschreven zijn in het Boek des levens van het Lam (Op 21:27)

Het Nieuwe Verbond

De besnijdenis in het vlees was een teken en inzetting van het Oude Verbond tussen God en Zijn volk. Door de besnijdenis was zichtbaar, dat zij tot God behoorde. Maar de besnijdenis in het vlees, dat door mensenhanden werd verricht, kwam te vervallen, op het moment dat het Nieuwe Verbond in Jezus Christus inging.

Na die tijd, verloor de besnijdenis in het vlees zijn waarde. Er was een nieuw verbond gekomen, waar ook een nieuwe besnijdenis bij hoorde; namelijk de besnijdenis in Jezus Christus.

De besnijdenis in de Geest

Het ging er niet meer om of je wel of niet besneden was in het vlees, maar het ging erom of je besneden was in Christus Jezus, in de Geest. Het ging er om of jij jouw vlees; jouw zondige natuur had afgelegd en een nieuwe schepping in Jezus Christus was geworden.

Want besneden zijn of niet besneden zijn betekent niet, maar of men een nieuwe schepping is. En allen, die zich naar die regel zullen richten – vrede en barmhartigheid komt over hen, en ook over het Israel Gods (Gal 6:15-16)

Nadat het Nieuwe Verbond was ingegaan en dus het Oude Verbond kwam te vervallen, probeerde de voormalige gemeente van God; de Joden, de heidenen, die door geloof in Jezus Christus tot de gemeente van God behoorde, de besnijdenis in het vlees, op te leggen.

Zij zaten zo vast in hun denken en in hun tradities en gewoonten, dat zij dachten, dat de besnijdenis in de voorhuid nog steeds nodig was, om tot de gemeente van God toe te treden en te behoren.

En sommigen, uit Judea gekomen, leerden de broeders: Indien gij u niet besnijden laat naar het gebruik van Mozes, kunt gij niet behouden worden (Hand 15:1)

Maar Paulus wees hen erop, dat dit niet meer van toepassing was. Deze inzetting; de besnijdenis in de voorhuid, behoorde tot het Oude Verbond en was geen onderdeel van het Nieuwe Verbond.

Wat betekent de besnijdenis in Jezus Christus?

In Hem zijt gij ook met een besnijdenis, die geen werk van mensenhanden is, besneden door het afleggen van het lichaam des vlezes, in de besnijdenis van Christus, daar gij met Hem begraven zijt in de doop. In Hem zijt gij ook mede opgewekt door het geloof aan de werking Gods, die Hem uit de doden heeft opgewekt (Kolossenzen 2:11,12)

En de Heere uw God, zal uw hart en het hart van uw nakroost besnijden, zodat gij de Heere, uw God, liefhebt met geheel uw hart en met geheel uw ziel, opdat gij leeft (Deu 30:6)

Want niet hij is een Jood, die het uiterlijk is, en niet dát is besnijdenis, wat uiterlijk, aan het vlees, geschiedt, maar hij is een Jood, die het in het verborgen is, en de (ware) besnijdenis is die van het hart, naar de Geest, niet naar de letter (Rom 2:28-29)

besnijdenis in Jezus Christus, gedoopt in zijn doodDe besnijdenis in het vlees, was een teken van God’s verbond met Abraham.

Aangezien de mens alleen kon wandelen naar het vlees, werden zij ook besneden in het vlees. Een ieder, die zich in het vlees liet besnijden behoorde tot God’s volk; Zijn gemeente.

Maar door de komst van Jezus Christus en door Zijn offer, kwam het Oude Verbond, dat bezegeld was met het bloed van dieren, te vervallen.

Het Oude Verbond werd vervangen door het Nieuwe Verbond, wat bezegeld werd met het bloed van Jezus Christus.

Het voorhangsel van de tempel werd besneden (verscheurd) en de weg tot God verliep niet meer via de besnijdenis in het vlees en via de inzettingen, offers, rituelen van het vlees en via de hogepriester in de tempel. Maar vanaf dat moment, verliep de weg tot God, via Jezus Christus, die geofferd werd voor de mensheid en Hogepriester van het Nieuwe Verbond is.

Jezus is het voorhangsel tot God

Daar wij dan, broeders, volle vrijmoedigheid bezitten om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus, langs de nieuwe en levende weg, die Hij ons ingewijd heeft, door het voorhangsel, dat is, Zijn vlees, en wij een grote Priester over het huis Gods hebben, laten wij toetreden met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs, met een hart, dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad, en met een lichaam, dat gewassen is met zuiver water (Heb 10:19-22)

Jezus is het voorhangsel tot God geworden. Jezus had alle zonden en ongerechtigheden van de mens op Zich genomen. Omdat Jezus de straf droeg, die op de zonde staat, namelijk de dood, kwam Hij in het dodenrijk terecht. Maar….. daar bleef Hij niet!

Door de kracht van de Heilige Geest versloeg Hij de dood en stond Hij op uit de dood. Zijn vlees met al de zonden en ongerechtigheden had Hij afgelegd. Jezus was in een nieuw lichaam opgewekt uit de dood. Een lichaam, dat niet corrupt was en het leven in zich droeg. Zo werd Jezus het ongezuurde Brood, dat uit de hemel was gekomen en waardoor velen het eeuwige leven zouden ontvangen.

Jezus verkondigde Zijn sterven en opstanding

Jezus had meerdere malen aan Zijn discipelen verteld, dat Hij moest sterven. Hij moest sterven, zodat door Zijn sterven en opstanding, de Heilige Geest zou kunnen komen en er vele mensen, die ook bereid waren om hun zondige natuur af te leggen en te sterven naar het vlees, in de geest opgewekt zouden worden.

Schepping geschapen in Jezus ChristusJezus vergeleek Zijn dood en opstanding met een graankorrel. Als de graankorrel niet zou sterven, zou de graankorrel op zichzelf blijven en geen vrucht dragen. Daar had Jezus ook voor kunnen kiezen, maar dat deed Hij niet.

Jezus koos ervoor om de wil van Zijn Vader uit te voeren op aarde.

Jezus was de Eersteling van de nieuwe creatie, die God vanaf het begin had geschapen, voordat Adam zondigde.

Door Zijn sterven en opstanding; door Zijn bloed, zou het mogelijk zijn om in Hem een nieuwe schepping te worden.

Maar dit betekent wel het opgeven van jouw leven als zondaar; jouw zondige leven naar het vlees. Want de graankorrel had niet alleen betrekking op Jezus, die de zonde en ongerechtigheden van de wereld in Zijn vlees droeg en aflegde. Maar ook op elke zondaar, die tot geloof in Hem zou komen.

Gedoopt in Zijn dood

Wanneer iemand tot geloof komt in Jezus Christus en zich bekeert van zijn/haar wandel, dan zal deze persoon door de waterdoop zijn zondige leven symbolisch afleggen.

Door het water in te gaan, ondergedompeld te worden en eruit te komen, herenigt de persoon zich in de dood van Jezus Christus en is de persoon besneden in Jezus Christus. Het zondige vlees; lichaam en ziel legt de persoon symbolisch af in de waterdoop.

Of weet gij niet, dat wij allen, die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, gelijk Christus uit de doden opgewekt is door de majesteit des Vaders, zo ook wij in nieuwheid des levens zouden wandelen (Rom 6:4-5)

Door het afleggen van het vlees behoort de persoon niet meer de duivel, het koninkrijk van de duisternis en de dood toe.

De persoon heeft zijn zondige vlees afgelegd (sterven van Jezus) en door de doop met de Heilige Geest is de geest van de persoon, opgestaan uit de dood (De opstanding van Jezus Christus). Wij zijn gestorven in Hem en opgestaan in Hem.

Het heiligingsproces

Door de kracht van de Heilige Geest, behoort de persoon nu tot God de Vader, tot het Koninkrijk van God en is de persoon een zoon van God geworden.

Door de doop met de Heilige Geest, woont de Heilige Geest in Zijn volheid in de persoon. Door de kracht van de Heilige Geest, zal de persoon in staat zijn, om de zondige handelingen van het vlees af te leggen. .

Want indien gij naar het vlees leeft, zult gij sterven; maar indien gij door de Geest de werkingen des lichaams doodt, zult gij leven (Rom 8:13)

Dit proces heet het heiligingsproces. Iedere gelovige krijgt hiermee te maken en moet hier doorheen gaan. Elk persoon zal gereinigd worden door het geestelijk vuur van de Heilige Geest.

Wat is het teken van de besnijdenis in Christus?

Als je besneden bent in Jezus Christus, heb je jouw oude leven als zondaar; jouw zondige natuur, afgelegd. Je zult dus niet meer wandelen naar het vlees in jouw zondige natuur. Want, je bent aan de zonde gestorven in Christus, dus je zult daar niet meer in wandelen.

Vernieuwing van je denkenJe zult jouw denken gaan vernieuwen met het Woord van God. Hierdoor zal jouw oude (wereldse) denken worden vernieuwd met de woorden van God.

Je zal Zijn wil en Zijn geboden leren kennen. En als je Zijn woorden gelooft, zul je daarin gaan wandelen. Je zult wandelen naar Zijn wil (Zijn geboden) en wandelen naar de Geest.

Want dit is het teken van jouw besnijdenis in Jezus Christus. Jouw wandel en jouw gehoorzaamheid aan het Woord, laat zien of jij werkelijk besneden bent in Jezus Christus.

Is iemand als besnedene geroepen, hij late het niet verhelpen; is iemand als onbesnedene geroepen, hij late zich niet besnijden. Want besneden zijn betekent niets, en onbesneden zijn betekent niets, maar wèl het houden van Gods geboden (1 Kor 7:18-19)

De gelovigen; de gemeente van God, zijn de besnedenen in Christus:

Let op de honden, let op de slechte arbeiders, let op de versnijdenis! Want wij zijn de besnijdenis, die door de Geest Gods Hem dienen, die in Christus Jezus roemen en niet op vlees vertrouwen (Fil 3:2-3)

Je zult gehoorzaam zijn aan Hem en in Zijn geboden wandelen. De vrucht, die jij draagt zal de vrucht van de Geest zijn en niet meer de vrucht van het vlees.

De werken, die je doet en de vrucht die je draagt, zal laten zien of jij werkelijk jouw vlees hebt afgelegd en dus besneden bent in Jezus Christus.

‘Wees het zout der aarde’

You Might Also Like

    error: Content is protected !!