De Wijsheid heeft haar huis gebouwd, zij heeft haar zeven pilaren uitgehouwen, zij heeft haar slachtvee geslacht, haar wijn gemengd, ook heeft zij haar tafel bereid (Spreuken 9:1-2)
De zeven gemeenten
Op de zeven gemeenten heeft Jezus Zijn Huis, Zijn Kerk gebouwd. De zeven gemeenten, ook wel de zeven gouden kandelaren, waar de Heere in het midden wandelt. Jezus spreekt over de zeven gemeenten in het Boek Openbaringen.
De zeven gemeenten zijn:
- De Gemeente van Efeze
- De Gemeente van Smyrna
- De Gemeente van Pergamus
- De Gemeente van Thyatira
- De Gemeente van Sardes
- De Gemeente van Philadelphia
- De Gemeente van Laodicéa
Het advies van Jezus aan de zeven gemeenten
Jezus geeft het volgende advies aan de zeven gemeenten:
- De Gemeente van Efeze: Gij hebt uw eerste liefde verzaakt. Gedenk dan, van welke hoogte gij gevallen zijt en bekeer u en doe uw eerste werken.
- De Gemeente van Smyrna: Wees niet bevreesd voor hetgeen gij lijden zult. Zie, de duivel zal sommigen van u in de gevangenis werpen, opdat gij verzocht wordt, en gij zult een verdrukking hebben van tien dagen, maar blijf getrouw tot aan de dood
- De Gemeente van Pergamus: Gij hebt sommigen daar, die vasthouden aan de leer van Bileam, die Balak leerde de kinderen Israëls een strik te spannen, dat zij afgodenoffers zouden eten en hoereren. Zo hebt ook gij sommigen, die op gelijke wijze aan de leer van de Nicolaïten vasthouden. Bekeer u dan; maar zo niet, dan kom Ik spoedig tot u en Ik zal strijd tegen hen voeren met het zwaard van Mijn mond.
- De Gemeente van Thyatira: Ik heb tegen u dat u de vrouw Izébel laat begaan, die zegt, dat zij een profetes is, en zij leert en verleidt mijn knechten om te hoereren en afgodenoffers te eten. En Ik heb haar tijd gegeven om zich te bekeren, maar zij wil zich niet bekeren van haar hoererij. Zie, Ik werp haar op het ziekbed en hen, die met haar overspel bedrijven, breng Ik in grote verdrukking, indien zij zich niet van haar werken bekeren. En haar kinderen zal Ik aan de dood doen sterven en alle gemeenten zullen inzien, dat Ik het ben, die nieren en harten doorzoek; en Ik zal u vergelden, een ieder naar uw werken. Doch Ik zeg tegen u allen, die voorts te Thyatira zijt, en deze leer niet hebt en die niet gelijk zij zeggen, de diepten des satans hebt leren kennen: Ik leg u geen anderen last op. Maar wat gij hebt, houdt dat vast, totdat Ik gekomen ben.
- De Gemeente van Sardes: Ik weet uw werken, dat gij de naam hebt, dat gij leeft, maar gij zijt dood. Wees wakker en versterk het overige, dat dreigde sterven, want Ik heb geen van uw werken vol bevonden voor mijn God. Bedenk dan, hoe gij het ontvangen en gehoord hebt, en bewaar het en bekeer u. Indien gij dan niet wakker wordt, zal Ik komen als een dief, en gij zult niet weten, op welk uur Ik u zal overvallen.
- De Gemeente van Philadélphia: Ik weet uw werken: Zie, Ik heb een geopende deur voor uw aangezicht gegeven, die niemand kan sluiten; want gij hebt kleine kracht, maar gij hebt Mijn woord bewaard en Mijn naam niet verloochend. Zie ik geef sommigen uit de synagoge des satans, van hen, die zeggen, dat zij Joden zijn, en het niet zijn, maar liegen; zie, Ik zal maken dat zij zullen komen en zich neerwerpen voor uw voeten, en erkennen, dat Ik u heb liefgehad. Omdat gij het bevel bewaard hebt om Mij te blijven verwachten, zal ook Ik u bewaren voor de ure der verzoeking, die over de gehele wereld komen zal, om te verzoeken hen, die op de aarde wonen. Ik kom spoedig; houd vast wat gij hebt, opdat niemand uw kroon nemen.
- De Gemeente van Laodicea: Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt, noch heet. Waart gij maar koud of heet! Zo dan, omdat gij lauw zijt en noch heet, noch koud, zal Ik u uit Mijn mond spuwen. Omdat gij zegt: Ik ben rijk en ik heb mij verrijkt en heb aan niets gebrek, en gij weet niet, dat gij zijt de ellendige en jammerlijke en arme en blinde en naakte, raad Ik u aan van Mij te kopen goud, dat in het vuur gelouterd is, opdat gij rijk moogt worden, en witte klederen, opdat gij die aandoet en de schande uwer naaktheid niet zichtbaar worde; en ogenzalf om uw oogleden te bestrijken, opdat gij zien moogt. Allen, die Ik liefheb, bestraf Ik en tuchtig Ik; wees dan ijverig en bekeer u. Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar Mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met mij.
De beloning van de wedergeboren Christen
Wanneer je bovenstaand advies van Jezus zal opvolgen en zal luisteren naar wat de Geest tot de Gemeente zegt, dan zal elke gemeente en ieder persoon, die wedergeboren is en dus tot de gemeente behoort, wandelen naar de wil van Jezus en zal overwinnen.
De gemeente zal de volgende beloning van Jezus ontvangen:
- Jezus zal hem geven te eten van de boom des levens, die in het paradijs Gods is
- Jezus zal hem de Kroon des levens geven en hij zal aan de tweede dood geen schade lijden
- Jezus zal hem geven van het verborgen manna en een witte steen, waarop een nieuwe naam geschreven staat, welke niemand weet, dan die hem ontvangt
- Jezus zal hem macht geven over de heidenen; en hij zal hen hoeden met een ijzeren staf; als aardewerk orden zij verbrijzeld, gelijk ook Ik van Mijn Vader ontvangen heb, en Ik zal hem de morgenster geven
- Hij zal bekleed worden met witte klederen en Jezus zal zijn naam geenszins uitwissen uit het boek des levens, maar Jezus zal zijn naam belijden voor Zijn Vader en voor Zijn engelen
- Jezus zal hem maken tot een zuil in de tempel Zijns Gods en hij zal niet meer daaruit gaan; en Jezus zal op hem schrijven de naam Zijns Gods en de naam van de stad Zijns Gods, het nieuwe Jeruzalem, dat uit de hemel nederdaalt van God, en zijn nieuwe naam
- Jezus zal hem geven met Hem te zitten op Zijn troon, gelijk ook Hij overwonnen heeft en gezeten is met Zijn Vader op Zijn troon