Hoe vaak wordt er wel niet gezegd, dat als jij gered bent, jij voor altijd gered blijft. Vele teksten worden aangehaald om dit te onderbouwen, waaronder ook Johannes 10:27-29, waar Jezus zegt, “En Ik geef hun eeuwig leven en zij zullen voorzeker niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit Mijn hand roven. Wat Mijn Vader Mij gegeven heeft, gaat alles te boven en niemand kan iets roven uit de hand Mijns Vaders”. Helaas worden vele teksten uit de context gehaald en/of woorden weggelaten, om niet te hoeven veranderen en het heiligingsproces te ondergaan, maar naar het vlees te kunnen blijven leven, zoals de mens zelf wil en te blijven volharden in zonde, zonder enig schuldgevoel. En dat is ook gebeurd met dit gedeelte uit de Bijbel. Want kan niemand jou uit de hand van God roven?
De oproep tot bekering
Van toen aan begon Jezus te prediken en te zeggen: Bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen (Mattheüs 4:17)
Jezus hoorde het en zeide; Zij, die gezond zijn, hebben geen geneesheer nodig, maar zij, die ziek zijn. Gaat heen en leert, wat het betekent: Barmhartigheid wil ik en geen offerande; want Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars tot bekering (Mattheüs 9:12-13, Marcus 2:17, Lucas 5:31-32)
En Hij zeide tot hen: Aldus staat er geschreven, dat de Christus moest lijden en ten derden dage opstaan uit de doden, en dat in Zijn Naam moest gepredikt worden bekering tot vergeving der zonden aan alle volken, te beginnen bij Jeruzalem (Lucas 24:46-47)
Door de hele Bijbel heen, wordt de mens opgeroepen tot bekering en het wegdoen van zonde en in heiligheid en gerechtigheid te wandelen naar de Geest.
Maar door dwaalleraars, die de Gemeente van God zijn binnengeslopen en met hun dwaalleringen vele mensen hebben weten te misleiden, is deze boodschap geëlimineerd en wordt nog maar zelden verkondigd. Hierdoor blijven ware bekeringen uit en blijven mensen leven als de oude schepping naar het vlees, als slaaf van de zonde in gebondenheid aan de dood (Lees ook: Wat houdt een bekering in?).
Maar zolang iemand de zonde wil blijven dienen en daardoor blijft volharden in zonde, dan bewijst dit, dat die persoon nog niet wedergeboren is en Gods natuur niet heeft ontvangen. Want de Heilige Geest, die in de nieuwe schepping woont, zal niets willen doen, dat tegen Gods Woord en Zijn wil ingaat.
Een ieder, die uit God geboren is heeft God lief en doet Zijn wil en zal niets willen doen, wat God bedroeft en Zijn Naam en Zijn Koninkrijk schade toebrengt.
Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij
Mijn schapen horen naar Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij, en Ik geef hun eeuwig leven en zij zullen voorzeker niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit Mijn hand roven. Wat Mijn Vader Mij gegeven heeft, gaat alles te boven en niemand kan iets roven uit de hand Mijns Vaders. Ik en de Vader zijn één (Johannes 10:27-30)
Want diegenen, die uit God geboren zijn en Zijn Heilige Geest hebben ontvangen, zullen Jezus volgen en zullen luisteren naar Zijn stem. Zij zullen zich onderwerpen aan Jezus Christus; het Woord en een relatie met Hem hebben en tijd met Hem spenderen, waardoor zij Hem kennen en Hij hen kent en zij doen wat Hij heeft gezegd, waardoor zij volgers en getuigen van Jezus Christus, het Levende Woord, zullen zijn op aarde.
Dit benoemt Jezus ook als voorwaarde, voorafgaand de tekst, dat niemand Zijn schapen uit Zijn hand en de hand van de Vader kan roven, aangezien de Vader en de Zoon één zijn. Maar de voorwaarde wordt vaak weggelaten, waardoor er maar een halve waarheid wordt verkondigd in plaats van de volledige waarheid van God.
Want om in Zijn hand te blijven is daar wel een voorwaarde aan verbonden, namelijk dat jij naar Zijn stem luistert en Hem; het Woord volgt, waardoor jij in Hem blijft, en de wil van Jezus Christus doet, wat ook de wil van de Vader is.
Kan niemand jou uit de hand van God roven?
Er staat niet geschreven, dat niets jou zal kunnen roven uit Zijn hand, maar dat niemand jou uit de hand van God kan roven. Dat betekent, dat niemand anders iets kan doen aan jouw behoudenis en jouw positie in Christus en Zijn bescherming. Niemand anders kan jouw relatie met God; de Vader, de Zoon en de Heilige Geest verstoren en verbreken. De enige, die jouw relatie met God kan verbreken ben jij zelf, door wat jij doet.
De duivel kon niets doen aan de positie van de mens; Adam en zijn relatie met God, de mens was onaantastbaar. Maar wat de duivel wel kon doen, was de mens proberen te verleiden en aan het twijfelen te brengen aan de woorden van God, zodat de mens zijn woorden zou geloven en opvolgen in plaats van de woorden van God en de mens op deze manier zich zou onderwerpen aan de duivel en zou buigen voor hem.
Adam en Eva zondigde vanuit hun Goddelijke natuur
De mens (Adam en Eva) was volmaakt geschapen naar het evenbeeld van God en bezat géén zondige natuur. De mens was geestelijk en wandelde met God (Genesis 1:26-31-2:25).
In deze tijd geven vele mensen hun zondige natuur de schuld van hun zonde en zeggen dat zij er niets aan kunnen doen, aangezien zij nou eenmaal zondaars zijn. Maar dat is een vrome leugen, die de mens aanhaalt en gebruikt om zo te kunnen blijven leven naar het vlees; naar zijn of haar eigen wil, in plaats van zich te onderwerpen aan God en Zijn Woord. Door deze vrome leugen kan de mens blijven volharden in zonde, zonder zich daarover schuldig te voelen (Lees ook: ‘Kun jij de gebroken wereld als excuus gebruiken?’).
Maar door dit te zeggen, verloochenen zij het verlossingswerk van Jezus Christus en de schepping van de nieuwe mens.
Jezus heeft de lijdensweg niet ondergaan en is niet gestorven aan het kruis, zodat de mens kan blijven leven in zonde; in rebellie naar God toe, maar om af te rekenen met de zondige natuur, die heerst in het vlees, door de wedergeboorte en het sterven van het vlees in Christus.
Voor de zondeval bezat de mens geen zondige natuur, zij waren volmaakt geschapen. Daarom werden Adam en Eva niet door hun zondige natuur geleid en zorgde hun zondige natuur er niet voor dat zij zondigden, maar hun wil zorgden ervoor, dat zij zondigden.
Zij besloten om te luisteren naar de tegenstander van God; de duivel en om hem te gehoorzamen, waardoor zij zich onderwiepen aan de duivel en de dood in de mens voer en de mens gescheiden werd van God.
God had de mens gewaarschuwd, door te zeggen, dat de mens zou sterven als de mens van de boom der kennis van goed en kwaad zou eten. Maar de duivel verdraaide heel subtiel de woorden van God, waardoor de mens aan het twijfelen werd gebracht.
De mens begon te twijfelen aan de woorden van God en begeerde de belofte, die de duivel hen voorhield, namelijk, dat als zij van de vrucht van de verboden boom zouden eten, zij als God zouden zijn, wat ook weer een gedeeltelijke waarheid was.
En zo geloofde de mens de woorden van de duivel boven de woorden van God en volgde de duivel, in plaats van God, waardoor de mens van haar positie viel en de mens van God werd gescheiden.
De waarschuwingen van het Woord
Vanaf het begin van de schepping waarschuwde God de mens en gaf de mens een gebod, maar de mens verwierp het gebod van God.
De duivel kon de mens niet uit de hand van God roven. Maar hij kon de mens wel verleiden tot zonde met zijn woorden en op deze manier ervoor zorgen, dat de mens door in zijn woorden te geloven en deze op te volgen, de woorden van God zou verlaten en daardoor gescheiden zou worden van God.
Geen enkel mens, duivel, heerschappij, overheid, macht, kracht etc. kan jou uit de hand van God roven. Het enige, waardoor jij Zijn hand kan verlaten is door Gods Woord en Zijn wil te verlaten en ongehoorzaam te worden aan Gods stem.
Zolang jij naar de stem van Jezus Christus luistert en Hem volgt en in gemeenschap met Hem leeft, zal jij onaantastbaar in Hem zijn en zal Hij met jou zijn en zal inderdaad niemand jou uit de hand van God roven.
Maar als jij weigert om je te onderwerpen aan Jezus Christus; het Woord en besluit om jouw eigen weg te gaan en doet wat jij zelf wil en het vlees blijft dienen, dan zul jij door jouw ongeloof in de woorden van God en jouw ongehoorzaamheid en werken de hand van God verlaten.
Diegenen, die uit God geboren zijn, doen wat Hem behaagt en leven naar Zijn wil
En die Mij gezonden heeft, is met Mij. Hij heeft Mij niet alleen gelaten, want Ik doe altijd wat Hem behaagt (Johannes 8:29)
Niet een ieder, die tot Mij zegt: Heere, Heere, zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie doet de wil Mijns Vaders, die in de hemelen is (Mattheüs 7:21)
Want al wie doet de wil Mijns Vaders, die in de hemelen is, die is Mijn broeder en zuster en moeder (Mattheüs 12:50)
Jezus had zich volledig onderworpen aan de wil van de Vader en deed wat de Vader behaagde, waardoor de Vader met Hem was.
De duivel probeerde Jezus te verleiden, door de woorden van God ook weer heel subtiel te verdraaien en te gebruiken voor het vlees, net als bij Adam. Maar Jezus liet zich niet verleiden en bleef trouw aan de woorden van Zijn Vader.
Omdat Jezus de Vader liefhad en veel tijd met Zijn Vader doorbracht, kende Jezus de Vader en Zijn wil en doorzag Jezus de leugens van de duivel en verwierp zijn woorden in plaats van de woorden van Zijn Vader, waardoor God Zijn Vader bleef.
Als Jezus, die de Eersteling van de nieuwe schepping is, verleid kon worden, dan kunnen diegenen, die de nieuwe schepping zijn geworden in Christus, ook nog steeds verleid worden en ervoor kiezen om de hand van God te verlaten, door de woorden van de duivel te gehoorzamen en de woorden van God te verlaten.
Kun jij afvallen van de levende God?
Ziet toe broeders, dat bij niemand uwer een boos, ongelovig hart zij, door af te vallen van de levende God, maar vermaant elkander dagelijks, zolang men nog van een heden kan spreken, opdat niemand van u zich verharde door de misleiding der zonde, want wij hebben deel gekregen aan Christus, mits wij het begin van onze verzekerdheid tot het einde onverwrikt vasthouden (Hebreeën 3:12-14).
Het Woord getuigt, dat het wel degelijk mogelijk is om af te vallen van de levende God, in tegenstelling tot de predikers en aanhangers van het moderne evangelie, die dit tegenspreken en verkondigen, dat als jij eens gered bent, jij voor altijd gered bent en het niet uitmaakt hoe jij leeft ook als jij blijft volharden in zonde.
Maar God heeft Zijn Woord gegeven en Zijn Woord getuigt samen met Zijn Geest van Hem en Zijn wil en het is aan de mens om Hem te geloven en te gehoorzamen of niet.
‘Wees het zout der aarde’
