Door de hele Bijbel heen, zien wij één terugkerend thema, namelijk, de grote liefde van God. De liefde van God, die niet wil dat er ook maar één mens verloren gaat. Daarom heeft God alles aan de mens gegeven om dit te bewerkstelligen en de mens te redden van de dood. Echter heeft elk mens een vrije wil ontvangen om zelf keuzes te maken in het leven. Ieder mens mag zelf bepalen welke weg hij wil bewandelen; het brede pad van de wereld, dat tot het verderf leidt of het smalle pad van God, dat tot het leven leidt. Omdat God niet wilt dat er iemand verloren gaat, riep God de mens op tot bekering. Maar wat brengt de mens tot bekering? De openbaring en overtuiging van zonde brengt de mens tot bekering. Want hoe kun je anders tot bekering komen als je niet jouw zondige staat ziet? En hoe kun je anders de werken, die tegen Gods wil ingaan wegdoen als je de werken van het vlees als normaal en goed beschouwt? Laten wij kijken naar de wijze waarop de overtuiging van zonde in de drie dispensaties plaatsvond.
De overtuiging van zonde in de eerste dispensatie van God
Zoals in een vorige blogpost beschreven, kunnen wij de Bijbel in drie dispensaties onderverdelen, namelijk de dispensatie van God, Jezus en de Heilige Geest. In al de drie dispensaties zien wij de samenwerking tussen de Almachtige God, Jesus; het Woord en de Heilige Geest. In de eerste dispensatie van God, zien wij de relatie tussen God en Zijn volk; Israel.
De mens was door God, El-Elohim, perfect geschapen, totdat de mens de woorden van de slang (de duivel) boven de woorden van God geloofde en besloot om de woorden van God te verlaten en zijn eigen weg te gaan. Door zijn ongehoorzaamheid, zondigde de mens en stierf de geest in de mens. De mens werd een levende ziel en had kennis van goed en kwaad. Wij lezen over de relatie tussen God en Abel, Henoch, Noach, Abraham, Isaak, Jacob, Jozef etc. Zij wandelde allemaal met – en naar de wil van God, terwijl God nog niet Zijn wet had gegeven. Maar zij luisterden naar Zijn woorden. Zij geloofden Zijn woorden en omdat zij in Zijn woorden geloofden, leefden zij naar Zijn woorden.
Echter lezen wij ook over Kaïn, Esau, de zonen Gods, de mensen die in de tijd van Noach leefden, de inwoners van Sodom en Gomorra etc. die niet naar God’s wil leefden en hun eigen weg gingen.
God gaf Zijn wet
Vervolgens lezen wij hoe God Zijn volk, na 400 jaar onder de verdrukking van Farao te hebben geleefd, verloste uit Egypte. God hoorde hun geroep en koos Mozes uit als Zijn vertegenwoordiger om Zijn volk te verlossen uit Egypte. Toen Zijn volk verlost was door Zijn hand en in de wildernis kwam, had God Zich al aan hen geopenbaard door al de tekenen en wonderen, die Hij had verricht. Maar God wilde een relatie met Zijn volk; Hij wilde hun God zijn en Hij wilde dat zij Zijn volk zouden zijn. Daarom gaf Hij hen Zijn Woord in de vorm van de wet om Zijn wil bekend te maken.
400 Jaar lang had Zijn volk naar de wil van Farao en volgens de Egyptische cultuur, gebruiken en rituelen geleefd en zich onderworpen aan de afgoden van Egypte. Zij waren bevuild en daarom werd het tijd dat Zijn volk gereinigd zou worden en hun oude leven zouden afleggen.
De enige manier was om hun denken, waaruit hun handelingen voortkwamen, te vernieuwen met God’s wil. Door de wet van gerechtigheid en leven maakte God Zijn wil aan Zijn volk bekend en werd de zonde geopenbaard in de mens. Deze wet vertegenwoordigde niet alleen Zijn wil maar ook Zijn natuur, gerechtigheid en heiligheid.
De heilige wet van God bracht licht in de duisternis en gaf leven aan al diegene, die zich onderwierpen en gehoorzaam waren aan de wet; de wil van God. Door de wet werd de waarheid geopenbaard en werd elke zonde, die tot de dood leidt, aan het licht gebracht. Want God wilde niet dat er ook maar één persoon van Zijn volk verloren zou gaan. Door het houden van de wet en het houden van alle inzettingen, die bij deze wet hoorden, werd het volk van God heilig verklaard en zou het leven beërven. Maar een ieder had een vrije keuze om de wet van God te gehoorzamen of niet.
Door deze hele dispensatie heen, zien wij een continue toewijding en afkeer van het volk naar God toe. Dat is het karakter en de natuur van de oude mens, die naar het vlees leeft: een toewijding en afkeer, een toewijding en afkeer etc. Steeds als het volk door hun eigen keuzes en leven in de problemen waren geraakt, riepen zij het uit naar God en bekeerde zij zich van hun werken, waarop God hen weer verloste. Maar het duurde niet lang voordat zij weer afvallig werden van God door ongehoorzaam te worden aan Hem.
Maar iedere keer als Zijn volk zo was afgedwaald en in zonde leefde, werd de zonde en hun afvalligheid door de wet van God aan het licht gebracht en werd Zijn volk overtuigd van zonde.
De wet overtuigt van zonde
Wanneer de wet van God werd voorgelezen werd de heiligheid van God zichtbaar en werd de zonde geopenbaard in de mens. De wet was hun tuchtmeester en liet hen zien hoe ver zij van God waren afgedwaald. Vervolgens hadden zij de keuze om zich te bekeren of niet.
Zonder de wet van God, die de wet van gerechtigheid en leven vertegenwoordigt, hadden zij geen besef van zonde. Iedere keer als het volk de wet en dus het Woord van God had verworpen, leefden zij net als de andere volken (de wereld) naar de lusten en begeerten van hun vlees. Zij lieten zich leiden door hun vlees, in plaats dat zij zich lieten leiden door de wet van rechtvaardigheid en leven. Zij namen bijvoorbeeld vreemde vrouwen uit andere volken tot zich, zij dienden afgoden, pleegden overspel en andere seksuele onreinheden en zij hadden gruwelen in het huis van God toegelaten.
Maar zodra de wet van God tevoorschijn kwam en werd voorgelezen werd de zonde van het volk geopenbaard en werd het volk geconfronteerd met hun zonde en hun zondige leven. Zonder de wet van God, die Zijn wil vertegenwoordigt en zonder Zijn Woord had de mens geen besef van zonde.
De overtuiging van zonde in de tweede dispensatie van Jezus;
het Woord
In de tweede dispensatie zien wij de komst van Jezus Christus, de Zoon van van God, Zijn volbrachte werk en Zijn relatie met God’s volk. Jesus; het Woord was vlees geworden en woonde onder de mensen. Jezus was door God met de Heilige Geest en kracht gezalfd. Hij ging rond, weldoende en genas allen, die door de duivel overweldigd waren; want God was met Hem (Hand 10:38).
Jezus vertegenwoordigde en bracht God’s Koninkrijk, waartoe de wet van gerechtigheid en leven behoort, op aarde. Jezus leefde volkomen naar God’s wil en door te leven naar God’s wil, vervulde Jezus de wet. God’s heilige natuur was in Jezus en Hij confronteerde en overtuigde de mens, die tot het volk van God behoorde, met hun zonde.
Het Woord overtuigt van zonde
Jezus; het Licht scheen in de duisternis en bracht al datgene wat verborgen was in het duister aan het licht. Door het Licht werd de mens geconfronteerd met zijn zondige vuile staat en zijn zonde. Diegene, die gewillig waren lieten zich corrigeren en bekeerden zich. Zij lieten zich dopen en deden de zonde weg uit hun leven en volgde Jezus.
Maar diegene, die rebels en halsstarrig waren en de duivel tot vader hadden, bekeerden zich niet maar verwierpen Jezus Christus; het Woord en bleven volharden in hun zonden.
Zij haatten Jezus, omdat Hij getuigde van hun slechte werken en hen confronteerde met hun zonde.
U kan de wereld niet haten, maar Mij haat zij, omdat Ik van haar getuig, dat haar werken boos zijn (Joh 7:7)
Indien Ik niet gekomen was en tot hen gesproken had, zij zouden geen zonde hebben, maar nu hebben zij geen voorwendsel voor hun zonde. Wie Mij haat, haat ook Mijn Vader. Indien Ik niet de werken onder hen gedaan had, die niemand anders gedaan heeft, zouden zij geen zonde hebben; maar nu hebben zij, hoewel zij ze gezien hebben, toch Mij en Mijn Vader gehaat (Joh 15:22-24)
De confrontatie met Jezus; het Woord, die de heiligheid van God vertegenwoordigde, openbaarde de zonde in de mens. Door het Woord van God werd de mens overtuigt van zonde.
De overtuiging van zonde in de derde dispensatie van
de Heilige Geest
In de derde dispensatie zien wij de geboorte van de nieuwe mens en de relatie met de Heilige Geest. Dat wat de duivel had verbroken in het hof van Eden, had Jezus hersteld. Jezus had de wet vervuld en afgerekend met de zonde en de zondige natuur van de mens. Door het sterven en de opstanding van Jezus Christus en de komst van de Heilige Geest werd de nieuwe mens geboren. Door de wedergeboorte van de mens, werd het vlees in Jezus Christus gekruisigd en stond de geest van de mens op uit de dood. De nieuwe mens was geboren door water en Geest en was geen zoon van de duivel meer, maar was een zoon van God geworden. In Jezus Christus was de mens verzoend met de Vader en had Zijn Heilige Geest ontvangen. De mens behoorde de wereld niet meer toe, maar het Koninkrijk van God.
De Heilige Geest, die getuigt van Jezus Christus; het Woord en die God’s Koninkrijk en de wet van gerechtigheid en leven vertegenwoordigt, leeft in de nieuwe mens. Zoals God had geprofeteerd:
Ik zal Mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven. Ik zal hen tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn (Jer 31:33)
Door de inwoning van de Heilige Geest leeft God’s wil en Zijn natuur in het hart van de nieuwe mens.
De oude natuur van de duivel, die aanwezig is en heerst in het vlees bestaat niet meer. Want het vlees is gekruisigd in Jezus Christus. Nu leeft God’s natuur in de nieuwe schepping. Als de nieuwe mens naar de geest wandelt, zal hij zich onderwerpen aan het Woord en de Heilige Geest en zal gehoorzaam zijn aan de wil van God. Hierdoor zal de nieuwe mens, net als Jezus, de wet vervullen (Rom 3:31)
De Heilige Geest overtuigt de wereld van zonde
Jezus getuigde van de Heilige Geest en zei dat de Heilige Geest de wereld overtuigt (veroordeelt, berispt, terechtwijst, vermaant, schuldig verklaart) van zonde en van gerechtigheid en van oordeel (Joh 16:8-10)
De Heilige Geest, vertegenwoordigt de wil van God en overtuigt de mens van zijn zonde. Net zoals Jezus de mens overtuigde van zonde en opdracht gaf zich te bekeren en de zonde weg te doen. En net zoals God Zijn volk door de wet overtuigde van zonde en opdracht gaf zich te bekeren en de zonde weg te doen.
God, Jezus en de Heilige Geest zijn Één en daarom is Hun natuur en Hun wil hetzelfde. Zij zullen nooit Elkander tegenspreken!
De Heilige Geest is de Geest der waarheid en brengt alle leugens van de duivel aan het licht. Ja, alles wat er in het duister gebeurt brengt Hij aan het licht. Hij confronteert de mens met zijn zondige staat en zijn boze werken vanuit God’s oogpunt in plaats vanuit de mens zijn oogpunt.
Daarom hebben wij de Heilige Geest zo nodig. Hij alleen kan de mens overtuigen van zonde en zijn onreine zondige staat.
Zonder de openbaring en overtuiging van zonde en zonder zondebesef zal de mens niet tot berouw en bekering komen en de zonde weg doen uit zijn leven. Dit komt omdat de persoon zich niet bewust en overtuigt is van zijn zonde. De persoon ziet niet de noodzaak en het nut om zijn eigen leven af te leggen en opnieuw geboren te worden in de geest. Want de persoon ziet niet in dat zijn werken uit het vlees verkeerd zijn. En dus zal de persoon nooit de werken van het vlees afleggen. De persoon zal dit pas doen, als hij vanuit God wordt geconfronteerd met Zijn geestelijke staat.
De overtuiging van zonde brengt de mens tot bekering
God wil niet dat er ook maar één persoon verloren gaat. Daarom heeft Hij, omwille van Zijn goedheid, Zijn wet, Zijn Zoon en Zijn Heilige Geest gegeven. Zodat de zonde van de wereld, die verborgen ligt in de duisternis en niet zichtbaar is voor het natuurlijke oog van de oude mens, werd geopenbaard en nog steeds wordt geopenbaard. De Heilige Geest zal de mens overtuigen van zonde en de mens de mogelijkheid geven om zich te bekeren tot Jezus en de zonde weg te doen uit zijn leven en een nieuwe schepping in Jezus Christus te worden, die verzoend is met de Vader, of niet. Die keuze mag een ieder zelf maken.
‘Wees het zout der aarde’