God is duidelijk in Zijn Woord en heeft door de Wet en de profeten, Zijn Zoon Jezus Christus en de Heilige Geest Zijn wil en gerechtigheid bekendgemaakt aan de mens. Degenen, die God toebehoren, behoren Hem te kennen en bekend te zijn met Zijn Woord en wil. Maar de praktijk leert ons, dat dit niet altijd het geval is. In plaats dat de heiligheid en gerechtigheid van God in stand worden gehouden door de verkondiging van de waarheid, worden de zonde en ongerechtigheid in stand gehouden door de verkondiging van leugens in de kerk. Degenen, die zeggen Jezus te kennen maar leven in zonde worden voorspoed en vrede voorgespiegeld. Maar profeteert God voorspoed en vrede over de goddelozen?
Jeremia profeteerde vanuit de mond van God en confronteerde Gods volk met haar boze wandel
Jeremia was een profeet, die door God was aangesteld om Zijn harde corrigerende woorden over te brengen aan het huis Israël. Hij profeteerde tegen het huis en de stad, aangezien Israël niet luisterde naar de stem van de Heere en was afgeweken van God en wandelde op dwaalwegen, die aanzetten tot hoogmoed, rebellie en ongehoorzaamheid aan God.
De herders waren niet goed, maar slecht en handelden boos in de ogen van God.
Zij droegen geen zorg voor de schapen en weidden de schapen niet, maar zij vernietigden en verstrooiden de schapen.
De profeten van Jeruzalem waren net zo slecht als de herders. Ook zij handelden boos in de ogen van God.
Door de herders en de profeten, die huichelaars en slecht waren, was het land vol overspelers en treurde de aarde vanwege de vloek.
De wandel van de inwoners van het land was boos, waardoor God een kwaad over de inwoners bracht, in plaats van voorspoed en vrede.
De profeten waren slecht en handelden boos in de ogen van God
Wee hun, die recht in alsem veranderen, die gerechtigheid ter aarde doen liggen (Amos 5:7)
God zag gruwelijkheid in de profeten. Zij bedreven overspel en gingen om met valsheid en sterkten de handen van de boosdoeners (zondaars, goddelozen) van Gods volk, opdat zij zich niet bekeerden.
Zij waren allen voor God als Sodom en de inwoners als Gomorra.
God zou hen met alsem spijzigen en galwater drenken, want vanuit de profeten van Jeruzalem was de huichelarij uitgegaan in het hele land.
De profeten verkondigden voorspoed en vrede over de goddelozen
De goddelozen, zegt mijn God, hebben geen vrede (Jesaja 57:21)
Terwijl het land duisternis was geworden, door de leugenachtige woorden en de boze wandel van de leiders van Gods volk en de boze wandel van de inwoners van het land, bleven de profeten voorspoed en vrede verkondigen. En hun woorden werden door de mensen geloofd.
Maar God had géén voorspoed en vrede verkondigd over de goddelozen.
De woorden van de profeten kwamen niet voort vanuit de mond van God, maar vanuit het gezicht van hun hart.
God sprak door de mond van Jeremia, dat zij de woorden van de profeten niet moesten geloven, omdat hun woorden hen ijdel maakten.
De valse profeten zeiden voortdurend tot degenen, die de Heere verachtten en lasterden, dat de Heere had gesproken dat zij vrede zouden hebben.
En tot degenen, die wandelden naar de verbeelding van hun hart (verstokte hart), zeiden zij, dat er geen kwaad over hen zou komen, terwijl in werkelijkheid de Heere helemaal niet gesproken had.
In plaats van voorspoed en vrede hing onheil boven het hoofd van de goddelozen en leefden zij onder het oordeel van God.
God had de profeten, die voorspoed en vrede over de goddelozen profeteerden, niet gezonden
God had de profeten, die vals profeteerden niet gezonden en toch waren zij gegaan. De Heere had niet door hen gesproken, maar toch profeteerden zij in de Naam van de Heere.
Als deze profeten werkelijk in de raad van God hadden gestaan, dan zouden zij Gods volk de woorden van God hebben doen horen en zich hebben afgekeerd van hun boze weg en boze daden.
God zag en hoorde alles. Hij zag de zondige levens van de profeten. En God hoorde al de woorden van de profeten, die leugens verkondigden in Zijn Naam en zeiden dat zij hadden gedroomd.
Zij waren profeten van het bedrog uit hun eigen hart, die Gods volk door hun dromen God deed vergeten.
De profeten verdraaiden de woorden van de levende God en de Heere der heerscharen
God was tegen de profeten, die Zijn woorden stalen van ieder van zijn naaste en die hun tong namen en zeiden, de Heere heeft gesproken.
De Heere was tegen de profeten, die valse dromen profeteerden en het volk verleidden en deden dwalen met hun leugens en hun lichtvaardigheid.
Aangezien God hen niet gezonden had en hen niet bevolen had om te spreken, zouden zij het volk geen nut doen.
En omdat zij de woorden van de levende God en de Heere der Heerscharen hun God verdraaiden, zou ieders woord hun last zijn.
Gods woorden kwamen voort vanuit Zijn hart en inzicht
De woorden van de profeten werden gehoord en geloofd door de inwoners van het land, behalve de woorden van de profeet Jeremia, die wél door God gezonden was en de woorden vanuit Gods mond sprak.
De woorden van God, die door Jeremia werden gesproken, hielden niet de zonde in stand en leidden niet tot een losbandig en goddeloos leven. Maar de woorden van God riepen de mensen op tot bekering van hun boze weg en hun boze daden (zonde) en leidden tot een heilig leven.
Maar de inwoners van het land wilden niet luisteren naar de woorden van God en zich bekeren van hun boze weg en hun zonden, waardoor het onheil over het land en de inwoners kwam (Jeremia 23).
En door al de eeuwen heen is er niets veranderd in het geslacht van de gevallen mens, die niet geestelijk maar vleselijk is.
Er zijn nog steeds profeten in de kerk, die zich geestelijk voordoen en misschien een naam hebben, maar vleselijk zijn en voorspoed en vrede profeteren over Christenen, die in zonde leven, en door hun leugens de zonde in standhouden door hen te doen geloven, dat zij op de juiste weg wandelen.
De mensen luisteren liever naar leugens, die de zonde en ongerechtigheid in stand houden
De mensen zijn hoogmoedig en denken het allemaal zelf te kunnen en God niet nodig te hebben. Zij willen niet luisteren naar de woorden van God, die hen oproepen tot bekering en een verandering van leven en leiden tot behoudenis en het eeuwige leven.
Zij luisteren liever naar de leugens van mensen, die kwaad als goed beschouwen, en voorspoed en vrede verkondigen over de goddelozen, die in zonde leven, en wiens woorden leiden tot ongehoorzaamheid aan Gods Woord en afvalligheid van God.
Door hun woorden worden de woorden van God vergeten en daardoor God vergeten.
Gods Woord is een openbaring van de Almachtige Levende God, de Schepper van de hemel en de aarde en een getuigenis, dat de woorden van God de waarheid zijn. Want elk woord, dat God gesproken heeft, is uitgekomen en wat nog niet is uitgekomen zal uitkomen.
Gods Woord staat voor eeuwig vast en zal nooit veranderen, ongeacht de mening en het inzicht van ijdele mensen, die vleselijk zijn en de wereld en de overste van de wereld toebehoren.
In het Oude Verbond werden veel profeten door leugengeesten geleid en ook in het Nieuwe Verbond zijn er veel profeten, die door leugengeesten worden geleid en naar hun eigen inzicht valsheden profeteren.
Want veel profeten verkondigen nog steeds voorspoed en vrede over de goddelozen oftewel de mensen, die niet wedergeboren zijn in Christus en God niet kennen en Hem niet gehoorzamen en Zijn Woord niet volgen en niet wandelen in Zijn wil, maar leven in ongehoorzaamheid aan God in zonde.
Profeteert God voorspoed en vrede over de goddelozen?
De Heilige Geest kent de diepte Gods en spreekt overeenkomstig Gods Woord en Zijn wil. Een profeet, die geleid wordt door de Heilige Geest, zal de woorden van God spreken en zal nooit de zonde goedkeuren en zegenen en voorspoed en vrede verkondigen aan de goddelozen, aangezien dit niet waar is maar een leugen. En God is niet de Vader van de leugen, maar de Vader van de Waarheid.
Hoe kan God het kwade goed maken? Hoe kan God rebellie en ongehoorzaamheid aan Hem oftewel de zonde en ongerechtigheid goedkeuren en zegenen?
In de mens, die vleselijk is en tot de generatie van de gevallen mens behoort, zit niets goeds.
Daarom heeft God Zijn Zoon Jezus Christus gezonden om de plaats van zondaars in te nemen en te sterven voor de goddelozen en af te rekenen met de goddeloosheid en het zondige vlees van de oude mens, en in Christus een nieuwe schepping (de nieuwe mens) te maken, die gerechtvaardigd is en door de inwoning van de Heilige Geest en de vernieuwing van het denken met het Woord, in gehoorzaamheid aan de Vader en Jezus Christus heilig en rechtvaardig zal wandelen in het licht van de waarheid.
God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest hebben in de drie dispensaties duidelijk aangegeven wat de wil van God is voor ieder mens en wat de eindbestemming van de goddelozen zal zijn. Niemand kan daar iets aan veranderen.
‘Wees het zout der aarde’
