In het Oude Testament lezen wij over de relatie tussen God en Zijn uitgekozen volk Israël (diegenen, die door de natuurlijke geboorte uit het zaad van Jacob; Israël waren geboren). Wij lezen o.a. over het verbond tussen God en Zijn volk, Gods liefde voor Zijn volk, Zijn goedheid, lankmoedigheid, bescherming, beloften en voorzieningen. Maar wij lezen ook over Gods heiligheid en Zijn rechtvaardigheid en daardoor lezen wij ook over Zijn teleurstelling, boosheid en Zijn oordelen. Veel Christenen zien in het Oude Testament een strenge God, die meteen met Zijn straffen klaarstond, zodra iemand een fout had begaan. Zij hebben dit beeld van een strenge God gecreëerd door o.a. de predikingen, hun opvoeding en/of door het lezen van het Oude Testament vanuit de gezindheid van het vlees (een vleselijk denken). En zo dragen zij dit beeld van een strenge God met zich mee en hebben daardoor een angst in plaats van een vreze (ontzag) voor God ontwikkeld. Maar is dat terecht? Lezen wij in de Bijbel over een strenge God of een rebels volk?
Is het beeld van Christenen van een strenge God juist?
Omdat veel Christenen een verkeerd beeld hebben gecreëerd van God, zijn zij bang voor God en laten zich door deze angst voor God leiden. Zo durven zij geen kerkdienst over te slaan, omdat zij bang zijn en denken dat door het missen van een kerkdienst God boos op hen is en zij hun redding verliezen. En zo houden zij zich, uit angst voor God, aan allerlei religieuze inzettingen en tradities, die zij vanuit hun ouderlijk huis hebben overgenomen of door ingeving van een traditionele geest hebben ontvangen.
In plaats dat zij een vreze oftewel een ontzag voor God hebben en van God houden en vanuit hun liefde voor God, God dienen, dienen zij God vanuit een angst, omdat zij een verkeerd beeld van God hebben gecreëerd. Want als zij de Bijbel vanuit hun staat als de nieuwe schepping door de Heilige Geest zouden lezen, dan zou hun beeld van God heel anders zijn.
De relatie tussen God en Zijn volk Israël
De Heere doet gerechtigheid en recht aan alle verdrukten. Hij maakte Mozes Zijn wegen bekend, de kinderen Israëls Zijn daden. Barmhartig en genadig is de Heere, lankmoedig en rijk aan goedertierenheid (Psalm 103:6-8)
God openbaarde Zijn grootheid en majesteit aan Zijn volk en betoonde zich als hun God, door de verlossing van Zijn volk uit de slavernij van Egypte. God maakte Zijn natuur en Zijn wil bekend aan Zijn volk door het geven van de wet. Gedurende de tijd in de woestijn, zorgde God voor Zijn volk. Hij beschermde Zijn volk en voorzag in de behoeften van Zijn volk.
Gij hebt gezien, wat Ik de Egyptenaren heb aangedaan, en dat Ik u op arendsvleugelen gedragen en tot Mij gebracht heb. Nu dan, indien gij aandachtig naar Mij luistert en Mijn verbond bewaart, dan zult gij uit alle volken Mij ten eigendom zijn, want de ganse aarde behoort Mij. En gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk. Dit zijn de woorden die gij tot de Israëlieten spreken zult. Toen kwam Mozes en ontbood de oudsten van het volk en legde hun al deze woorden die de Heere hem geboden had voor. En het gehele volk antwoordde eenparig: Alles wat de Heere gesproken heeft, zullen wij doen. En Mozes bracht de woorden van het volk weder aan de Heere over (Exodus 19:4-8)
Alhoewel het volk volmondig ‘ja’ had gezegd op de voorwaarden van het verbond en beloofde de stem van God te gehoorzamen, duurde het niet lang, voordat het volk haar eigen gang ging en ontrouw werd aan God en Zijn woorden verliet.
Doordat het volk was opgegroeid in Egypte en bekend was met de Egyptische cultuur en haar afgoden en rituelen, had het volk een beeld van hun God gecreëerd, dat niet overeenkwam met de werkelijkheid.
Hierdoor raakte het volk steeds teleurgesteld in God en mopperde en klaagde wat af, omdat God niet aan de verwachting van Zijn volk voldeed. Dit had tot gevolg dat velen van het volk zich niet wilden onderwerpen aan God en Zijn Woord (Lees ook: ‘De verwachting van de mens‘).
Het volk wilde hetzelfde wat de heidense volken hadden. Zij wilde hetzelfde leven leiden en hetzelfde doen als de heidense volken. Daarom waren velen rebels en deden al datgene wat God had verboden om te doen en wat voor God een gruwel was.
Om te voorkomen dat het kwaad zou voortwoekeren in de gemeente en de rest van de gemeente zou aantasten en het hele volk verloren zou gaan, rekende God af met het kwaad en deed het kwaad weg uit de gemeente.
Een strenge God of een rebels volk?
De Heere is rechtvaardig in al Zijn wegen, goedertieren in al Zijn werken (Psalm 145:17)
Is God daarom een strenge God? Nee, maar God is wel een rechtvaardige God, die zich aan de wet van het verbond hield. God is waarachtig en kan Zijn heilige en rechtvaardige natuur niet verloochenen.
In het Oude Verbond had God te maken met een vleselijk volk, waarvan de geest onder de heerschappij van de dood was en daardoor kon de mens alleen naar het vlees wandelen.
God had te maken met een hoogmoedig, hardnekkig en rebels volk, dat vaak haar eigen gang ging en zich niet wilde onderwerpen aan God en Zijn Woord en zich niet wilde houden aan het verbond.
Ja, zij wilden de zegeningen van het verbond ontvangen, maar zij wilden zich niet houden aan de voorwaarden voor de zegeningen. Zij wilden leven als de heidenen, maar het loon van de heiligen ontvangen.
Een strenge vader of een rebels kind?
Als een vader een kind heeft, die niet wil luisteren, maar zijn eigen gang wil gaan en dingen doet, die zijn vader heeft verboden om te doen, dan zal de vader het kind straffen, omdat het kind niet wilde luisteren.
Want in een gezin zijn er regels, waaraan elk gezinslid zich behoort te houden. Als een gezinslid er voor kiest om zich daar niet aan te houden, dan heeft dat consequenties.
Als het kind aan anderen vertelt over zijn of haar straf, dan zullen zij al snel een beeld van een strenge vader vormen, in plaats van een rebels kind. Als zij op bezoek zouden gaan bij het kind, dan is de kans groot dat zij angstig zullen zijn voor de vader, aangezien zij de vader als strenge vader zien. Terwijl in werkelijkheid de vader van nature helemaal niet streng hoeft te zijn. Maar door het rebelse gedrag van de zoon heeft de vader actie moeten ondernemen, wat misschien helemaal niet in zijn aard ligt en waar hij moeite mee heeft gehad, maar wat wel noodzakelijk was en het beste was voor het kind.
Je kunt daarom dus zeggen dat het kind een strenge vader heeft of je kunt naar de oorzaak van het gedrag van de vader gaan en zeggen dat de vader een rebels kind heeft. Het is maar net hoe je het bekijkt.
Dit geldt op alle gebieden in het leven, waar je met verbonden en regels te maken hebt, zoals in de maatschappij in zijn algemeenheid, op school, het werk, het huwelijk, het gezin, sport, het verkeer etc.. Als jij je niet wilt houden aan de regels en rebelleert en de regels overschrijdt, dan zijn daar consequenties aan verbonden.
Regels zijn nodig om structuur te geven, voor een stuk duidelijkheid en om orde te houden voor beide partijen. Want als er geen regels zouden zijn, dan zou het één grote chaos worden.
Een strenge leraar of een rebelse leerling?
Als jij je op school aan de regels houdt, is er niets aan de hand. Maar als jij dingen doet, die in het reglement verboden zijn en je wordt gesnapt, dan zul je hoogstwaarschijnlijk op het matje geroepen worden en zal er een straf op volgen.
Een strenge baas of een rebelse werknemer?
Hetzelfde geldt op het werk. Als jij integer bent en doet wat er van je gevraagd wordt en jij houdt je aan het contract en de regels van het bedrijf, dan is er niets aan de hand. Maar als jij stiekem dingen doet, die niet integer zijn en tegen de regels ingaan en dat wordt opgemerkt, dan zul je daar ook de consequenties van moeten dragen.
Er kan dan gezegd worden, dat je een strenge baas hebt, maar er kan ook gezegd worden dat de baas een rebelse werknemer heeft, die niet wil luisteren en dingen doet, die niet kunnen.
En dat was ook het geval met God en Zijn volk, dat naar het vlees wandelde. Velen wilden ondanks de geboden van God en ondanks de vele waarschuwingen van Zijn profeten, niet luisteren en deden wat kwaad was in de ogen van God, waardoor God naar Zijn heiligheid en rechtvaardigheid moest handelen.
Kijk jij naar God vanuit een vleselijk denken of vanuit een geestelijk denken?
Als jij vanuit de oude mens en een vleselijk denken, dat nog niet is vernieuwd met het Woord en dus vanuit een werelds oogpunt en wereldse standaarden kijkt naar God, dan zul je aanstoot nemen aan God, Zijn woorden en de dingen, die God heeft gedaan. Jij zult de dingen, die beschreven staan in het Woord niet begrijpen en daarom zul je God maar een strenge God en een wrede God vinden en misschien wel een angst voor God creëren.
Jij zult God niet kunnen liefhebben, omdat er angst en onbegrip in jouw hart is en daardoor zul jij, net als de wereld, Zijn woorden en Zijn wil niet gehoorzamen, maar verwerpen.
Maar als je vanuit de nieuwe mens en vanuit een vernieuwt denken kijkt naar God, dan zul je een hele andere kijk hebben op de situaties, die staan beschreven in de Bijbel. Aangezien je de situaties niet vanuit een vleselijk oogpunt, maar vanuit een geestelijk oogpunt zal bekijken.
Jij zult God en Zijn woorden en gedrag niet wreed vinden, maar jij zult de liefde van God en Zijn goedheid, lankmoedigheid en genade voor Zijn volk zien.
En vanuit jouw vernieuwde denken; het denken van Christus zul je God geen strenge God vinden, maar zul je het volk rebels vinden. En je zult niet God, maar de wereld en de overste der wereld wreed vinden. Jij zult wandelen in de waarheid en vanuit God, door het Woord en de Heilige Geest zul je de hoogmoed, rebellie, de wetteloosheid en de zondige staat van de wereld zien.
God is lankmoedig en vol liefde
Gods weg is volmaakt: des Heeren woord is zuiver. Hij is een schild voor allen die bij Hem schuilen (Psalm 18:31)
Groot zijn de werken des Heeren, na te speuren door allen die er behagen in hebben. Majesteit en luister is Zijn doen, en Zijn gerechtigheid houdt eeuwig stand. Hij heeft voor Zijn wonderen een gedachtenis gesticht; genadig en barmhartig is de Heere (Psalm 111:2-4)
Als je het Oude Testament vanuit de nieuwe mens en door de Heilige Geest leest, dan zul je erachter komen, dat God geen strenge God is, maar een rechtvaardige God. God wilde helemaal niet zo handelen, zoals Hij moest handelen.
God had het beste voor met Zijn volk en Hij wilde dat Zijn volk Hem zou liefhebben en daarom naar Hem zou luisteren en Zijn woorden en waarschuwingen zou aannemen en Zijn weg zou gaan.
Maar helaas was dat niet altijd het geval en omdat God niet liegt, maar trouw en waarachtig is en handelt naar Zijn woorden, moest God handelen naar hun werken.
Diegenen, die in het verbond leefden en rebels waren, waren zelf verantwoordelijk voor hun daden en haalden zelf het onheil over zich heen (Lees ook: ‘Het onheil dat de mens over zich heen haalt‘).
Je kunt zeggen, wat zielig voor die persoon of wat zielig voor het volk en wat erg dat God dat deed. Maar je kunt ook zeggen, wat erg dat die persoon of dat het volk niet wilde luisteren. God had het beste met hen voor, maar ondanks Zijn waarschuwingen, gingen velen hun eigen weg (Lees ook: ‘Het gevaar van niet luisteren‘).
De relatie tussen God en Zijn Zoon Jezus Christus
Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was, die, in de gestalte Gods zijnde, het Gode gelijk zijn niet als een roof heeft geacht, maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is. En in Zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruises (Filippenzen 2:5-8)
In tegenstelling tot Jezus, die God liefhad met heel Zijn hart, ziel, verstand en kracht en Zich onderwierp aan God en Zijn geboden, die beschreven staan in de wet.
Jezus was ook vrij om te doen wat Hij wilde. Maar Jezus Zijn Goddelijke natuur koos ervoor om niet naar het vlees voor Zichzelf te leven, maar om naar de Geest voor God te leven en Zijn wil te doen.
Uit liefde voor Zijn Vader, onderwierp Jezus zich aan Hem en ging Zijn weg, dat leidde naar het kruis. Zodat door Zijn sterven en opstanding vele zonen Gods in Hem geboren zouden worden, die tot God’s volk zouden behoren en zouden leven naar de Geest, naar Zijn wil.
Het Nieuwe Verbond
Zie, er komen dagen, spreekt de Heere, dat Ik voor het huis Israëls en het huis Juda een nieuw verbond tot stand zal brengen, niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen maakte ten dage, dat Ik hen bij de hand nam om hen uit het land Egypte te leiden, want zij hebben zich niet gehouden aan Mijn verbond en Ik heb Mij niet meer om hen bekommerd, spreekt de Heere. Want dit is het verbond, waarmede Ik Mij verbinden zal aan het huis Israëls na die dagen, spreekt de Heere: Ik zal Mijn wetten in hun verstand leggen en Ik zal die in hun harten schrijven, en Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn. En niet langer zullen zij een ieder zijn medeburger, en een ieder zijn broeder leren, zeggende: Ken de Heere, want allen zullen zij Mij kennen, van de kleinste tot de grootste onder hen. Want Ik zal genadig zijn over hun ongerechtigheden en hun zonden zal Ik niet meer gedenken. Als Hij spreekt van een nieuw (verbond), heeft Hij daarmede het eerste voor verouderd verklaard. En wat veroudert en verjaart, is niet ver van verdwijning (Hebreeën 8:8-13)
Ondanks het feit dat het Oude Verbond is vervangen door het Nieuwe Verbond, is de wil van God en Zijn heiligheid en rechtvaardigheid onveranderd gebleven en geldt nog steeds in het Nieuwe Verbond.
De geboden van de wet, die God’s wil vertegenwoordigden en God had geschreven op stenen tafelen en aan Zijn volk had gegeven en golden in het Oude Verbond, zijn door God in het verstand gelegd en staan opgeschreven in het hart van de nieuwe mens, door de inwoning van de Heilige Geest (Lees ook: ‘Wat gebeurde er 50 dagen na Pascha?‘ En ‘Waarom schreef God Zijn wet op stenen tafelen?)
In het Oude Verbond hadden de mensen, die door de natuurlijke geboorte tot het volk van God behoorden, een keuze, om gehoorzaam te zijn en blijven aan God en Zijn wet of ongehoorzaam te zijn aan God en Zijn wet.
En zo kiest de mens, die door de wedergeboorte het Koninkrijk van God is binnengegaan en in het Nieuwe Verbond leeft er ook zelf voor om gehoorzaam te zijn en blijven aan God en naar de Geest te wandelen of ongehoorzaam te zijn en naar het vlees te wandelen en terug te keren naar het koninkrijk der duisternis. Want ‘eens gered altijd gered’ is een dwaallering, die uit het denken van de oude mens is voortgekomen (Lees ook: ‘Eens gered altijd gered?).
De relatie tussen God en Zijn zonen
Jij bent vrijwillig een verbond met God aangegaan, door het geloof in Jezus Christus en de wedergeboorte in Hem. Jij hebt door middel van de doop ‘ja’ gezegd, tegen het doen van God’s wil en het leven naar de Geest en ‘nee’ tegen de wil van de duivel en het leven naar het vlees.
God heeft jou niet gedwongen, jij hebt zelf vrijwillig die keuze gemaakt. Maar als jij niet wil leven naar de geboden van Jezus en niet de wil van de Vader wil doen, dan zul jij zelf het verbond door jouw werken verlaten.
Door genade en niet door eigen werken ben je het Nieuwe Verbond binnengegaan, maar door jouw werken zul je in het verbond blijven of het verbond verlaten.
Daarom, gelijk de Heilige Geest zegt: Heden, indien gij Zijn stem hoort, verhardt uw harten niet, zoals bij de verbittering, ten dage van de verzoeking in de woestijn, waar uw vaders Mij verzochten, door Mij op de proef te stellen, hoewel zij Mijn werken zagen, veertig jaren lang; daarom heb Ik een afkeer gekregen van dit geslacht en Ik heb gezegd: Altijd dwalen zij met hun hart, en zij hebben Mijn wegen niet gekend, zodat Ik gezworen heb in Mijn toorn: Nooit zullen zij tot Mijn rust ingaan.
Ziet toe, broeders, dat bij niemand uwer een boos, ongelovig hart zij, door af te vallen van de levende God, maar vermaant elkander dagelijks, zolang men nog van een heden kan spreken, opdat niemand van u zich verharde door de misleiding der zonde; want wij hebben deel gekregen aan Christus, mits wij het begin van onze verzekerdheid tot het einde onverwrikt vasthouden (Hebreeën 3:7-14)
Velen denken in het Nieuwe Verbond te kunnen blijven leven naar het vlees en te doen wat zij zelf willen en hun eigen regels te maken.
Natuurlijk mag je doen wat je zelf wilt, aangezien je een vrije wil van God hebt ontvangen. Maar jouw wandel en werken zullen jouw ware natuur laten zien en de weg, die jij gaat bepalen en jou leiden naar jouw eindbestemming.
Als jij je onderwerpt aan God en luistert naar het Woord en de Heilige Geest en wandelt naar de Geest, dan zul je leven als de nieuwe mens in het Koninkrijk van God vanuit jouw nieuwe Goddelijke natuur en wandelen naar de wil van God, waardoor jij net als Jezus de geboden van de wet (het morele gedeelte van de wet, die de wil van God vertegenwoordigt) zal vervullen (Lees ook: ‘Is een mens in staat om de wet te vervullen?‘).
Maar als jij je niet wilt onderwerpen aan God en niet luistert naar het Woord en de Heilige Geest, maar Hen verwerpt en blijft wandelen naar het vlees, dan zul jij leven als de oude mens in het koninkrijk der duisternis vanuit de gevallen natuur, waarin de zonde en de dood regeert en zul je blijven wandelen naar de wil van de duivel.
Gods wil staat voor eeuwig vast
Vormt geen ongelijk span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeen met wetteloosheid, of welke gemeenschap heeft het licht met de duisternis? Welke overeenstemming is er tussen Christus en Belial, of welk deel heeft een gelovige samen met een ongelovige? Welke gemeenschappelijke grondslag heeft de tempel Gods met afgoden? Wij toch zijn de tempel van de levende God, gelijk God gesproken heeft: Ik zal onder hen wonen en wandelen, en Ik zal hun God zijn en zij zullen Mijn volk zijn. Daarom gaat weg uit hun midden en scheidt u af, spreekt de Heere, en houdt niet vast aan het onreine, en Ik zal u aannemen, en Ik zal u tot Vader zijn en gij zult Mij tot zonen en dochteren zijn, zegt de Heere, de Almachtige (2 Korintiërs 6:14-18)
God heeft Zijn wil geopenbaard in Zijn Woord. God heeft duidelijk beschreven in het Woord, wat Hij goed vindt en wat Hij niet goed vindt.
God’s wil is duidelijk en staat voor altijd vast. Niemand kan daar iets aan veranderen.
Net zoals in het Oude Verbond God waarschuwde over de gevolgen als Zijn volk zich niet wilde bekeren en onderwerpen aan Hem en niet naar Hem wilde luisteren en Zijn woorden verwierp, zo waarschuwt God in het Nieuwe Verbond nog steeds Zijn volk door het Woord en de Heilige Geest.
Want God heeft de mens lief en wil niet dat er ook maar één mens verloren gaat door zijn of haar werken (1 Timotheüs 2:4).
God heeft uit liefde voor de wereld, Zijn Zoon gegeven, om de mens door het bloed van Jezus te verlossen van de macht van de zonde en de dood en te bevrijden uit de slavernij oftewel de gevangenschap van het koninkrijk der duisternis.
Maar ieder mens maakt zelf de keuze, om de liefde van God te accepteren en door het geloof in Jezus Christus, de wedergeboorte en de heiliging de oude mens af te leggen en de nieuwe mens aan te doen en te wandelen naar de Geest of om de liefde van God te verwerpen en te blijven leven naar het vlees als de wereld.
‘Wees het zout der aarde’